Waarom betalen sportverenigingen de hoofdprijs voor verzekeringen?

Goeie vraag. Tenminste, als je je dat realiseert, en een alternatief hebt waarmee je kunt vergelijken. Want bestuurders van sportverenigingen in Nederland staan er tegenwoordig minder rooskleurig op dan ze misschien zelf denken. Dankzij nieuwe wetgeving kunnen vrijwilligers binnen een vereniging persoonlijk aansprakelijk worden gesteld voor bestuurlijke fouten. Met alle gevolgen van dien.

Maar wacht even. Vrijwilligers? Mensen die hun vrije tijd investeren in hun club? Die jarenlang op zaterdagochtend kantines openen, veldjes sproeien, scheidsrechters regelen en contributies innen? Die kunnen ineens voor de rechter staan, met als risico hun huis te verliezen omdat ze als privépersoon hoofdelijk aansprakelijk zijn? Ja, dat klopt.

De invoering van de Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen (WBTR) in 2021 had misschien nobele bedoelingen: meer verantwoordelijkheid voor bestuurders, betere bescherming tegen wanbeleid. Maar in de praktijk is het een wet geworden die sportverenigingen steeds meer in de problemen brengt. Hoe groter de vereniging, hoe groter de risico’s. Want een foutje is snel gemaakt, en een claim nog sneller ingediend.

Wat betekent bestuurdersaansprakelijkheid voor sportverenigingen?

Nederlandse sportverenigingen draaien op vrijwilligers. Bestuursleden nemen belangrijke beslissingen over financiën, contracten, ledenbeleid en het onderhoud van accommodaties. Maar de WBTR maakt bestuurders nu persoonlijk verantwoordelijk voor de gevolgen van deze beslissingen.

Wat betekent dat in de praktijk?

• Een penningmeester maakt een fout in de boekhouding? Persoonlijk aansprakelijk.
• Een trainer wordt ontslagen en spant een rechtszaak aan? Persoonlijk aansprakelijk.
• Een bouwproject loopt uit de hand en kosten rijzen de pan uit? Persoonlijk aansprakelijk.
• Een speler raakt gewond door slecht onderhoud van de velden? Persoonlijk aansprakelijk.

Zonder bescherming kan een vrijwillig bestuurslid dus privé worden aangeklaagd en opdraaien voor schulden van de club. En als het écht misgaat, kan een vereniging zelfs failliet gaan door juridische claims.

Waarom is dit een probleem?

Sportverenigingen hebben het al zwaar. Vrijwilligers zijn steeds moeilijker te vinden, contributies kunnen niet eindeloos worden verhoogd en subsidies drogen op. Maar nu worden bestuurders ook nog eens afgeschrikt door juridische en financiële risico’s.

Uit onderzoek van het Register voor Verenigingsbestuurders (RVVB) blijkt dat 41% van de bestuurders zich zorgen maakt over persoonlijke aansprakelijkheid. Nog eens 25% weet niet eens welke risico’s ze lopen. Dat is geen klein probleem. Dat is een tikkende tijdbom onder het Nederlandse verenigingsleven.

Want zeg nou zelf: wie gaat er nog vrijwillig in een bestuur zitten als je privévermogen op het spel staat?

Waarom verzekeraars sportclubs niet begrijpen

Nederlandse verzekeraars hebben zich de laatste jaren massaal teruggetrokken uit het MKB. En sportverenigingen? Die vallen daar precies onder. Dit betekent dat clubs vaak te maken krijgen met hoge premies en onduidelijke dekking.

Als je als sportvereniging een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering zoekt, word je vaak over dezelfde kam geschoren als bedrijven met veel hoger risico. Verzekeraars hanteren vaak starre voorwaarden en behandelen een sportclub alsof het een commerciële organisatie is. Maar een vereniging is geen horecabedrijf. Geen multinational. En de bestuurders zijn al helemaal geen topmanagers die miljoenen verdienen.

Daarom zijn veel sportclubs onderverzekerd, of erger nog, helemaal niet verzekerd.

Hoe kunnen sportverenigingen zich wél beschermen?

Je kunt niet de wet veranderen. Maar je kunt je als vereniging wél beschermen tegen de risico’s van bestuurdersaansprakelijkheid.

1. Check je verzekering
   Weet je zeker dat je als bestuurder goed verzekerd bent? Of vertrouw je erop dat de gemeente of bond het wel regelt? Controleer de polisvoorwaarden en kijk of bestuurdersaansprakelijkheid voldoende gedekt is.

2. Werk met duidelijke besluiten en documentatie
   Notuleer bestuursvergaderingen zorgvuldig en zorg dat alle belangrijke beslissingen goed onderbouwd zijn. Dit kan helpen als er ooit een claim wordt ingediend.

3. Zorg voor een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering
   Sportverenigingen kunnen zichzelf beschermen met een verzekering die dekking biedt bij juridische claims tegen bestuurders. Dit is geen luxe, maar een noodzaak in de huidige tijd.

4. Maak bestuurders bewust van de risico’s
   Nieuwe bestuursleden moeten weten waarvoor ze tekenen. Organiseer informatieavonden, werk samen met experts en zorg dat het bestuur niet in onwetendheid handelt.

Hoe sportverenigingen bestuurders beter kunnen beschermen

De WBTR heeft sportverenigingen in een lastige positie gebracht. Maar dat betekent niet dat bestuurders machteloos staan. Door bewuste keuzes te maken, verzekeringen goed te regelen en transparant te besturen, kunnen sportclubs zich wapenen tegen de risico’s van bestuurdersaansprakelijkheid.

Vrijwilligers vormen het hart van de Nederlandse sportcultuur. Maar zonder de juiste bescherming wordt dat hart steeds kwetsbaarder. Het is tijd dat sportverenigingen, verzekeraars en beleidsmakers erkennen dat bestuurders geen ondernemers zijn, maar gepassioneerde mensen die zich inzetten voor hun club.

En als zij niet beter beschermd worden? Dan dreigt het verenigingsleven in Nederland langzaam af te brokkelen. En dat is een risico dat we niet kunnen nemen.

ClubZeker biedt verzekeringen speciaal voor sportverenigingen, inclusief dekking voor bestuurdersaansprakelijkheid. Wil je weten hoe jouw club beter beschermd kan worden? Neem contact met ons op voor vrijblijvend advies.